Nering en Negotie

Stationsweg

De stationsweg had vroeger andere benoemingen. Voor de komst van de tram werd het gedeelte vanaf de brug tot en met hotel Roskam De Dijk genoemd, terwijl het voor boekhandel De Boeckerij en ongeveer waar nu De Vollenhoofsche Poort staat Het Bolwerk heette.

Hotel Roskam, dat al bekend was in de 17e eeuw, droeg de naam De Stad Groningen. Van hieruit vertrok de postkoets naar Groningen. Een belangrijke verbinding, die alleen via Coevorden gereden kon worden. Iets verder bij de brug was een logement/café, dat de naam “De Groninger Toren” droeg, ook al een zeer oud etablissement. Reeds in 1659 wordt er een rekening betaald voor consumpties van de burgemeesters. Men stond hier op de dijk, die extra versterkt was door een muur aan de buitenzijde, die ongeveer een meter boven het wegdek uitstak en waar bij hoog water het Zwartewater tegenaan klotste.

Vroeger stroomde het Zwartewater tegen deze muur en de achterzijde van het hotel, maar na de bouw van de Kolksluis en de aanleg van de Havendijk was dat al anders geworden. Wanneer de wind uit westelijke richting aanwakkerde en het water van de Zuiderzee opstuwde stond het water van dijk tot dijk, die daardoor veel te verduren hadden. Er was een opening in de muur, die toegang gaf tot de steiger waar de schepen aanmeerden van hun verre reizen. Later ontstond hier het Schrieversland, genoemd naar de toenmalige eigenaar van hotel Schrijver.

De Dijk is vanouds een bron van zorg geweest. Reeds op 5 juni 1710 bespraken Gedeputeerde Staten de toestand in Zwartsluis: “dat het metseijmuerwerck van het bolwerk aan de Swartesluijs soo gevaerlijck leidt, dat bij de eerste storm daarvan een doorbrake te beduchten is en de gelijcke vreese is voor het vervallen paalwerck aan de hameye (=hekwerk), afsluitboom) van de Swartesluijs.”

De Stationsweg was een drukke doorgaande weg naar Vollenhove, Blokzijl, Kuinre en Friesland. Toen in 1877 de Kolksluis gereed kwam en de scheepvaart zich nog meer op het centrum concentreerde was het er één en al leven. De negotie voer er wel bij, want de schippers moesten proviand aan boord hebben voor een soms lange tocht. Vooral op zaterdagavond was het een gezellige bedoening in de straten. De winkels waren soms tot tien uur open en de zaterdagavond was voor velen de koopavond. En als dan de nachtboot, de Meppel I of de Meppel II in de Kolksluis lag, krioelde het van mensen bij de sluis. De overtocht naar Amsterdam was bijzonder goedkoop, want vanaf 1½ gulden kon men al naar de overkant. Het was een vrachtboot met passagiersaccommodatie.

<< Bekijk uw buurt Download de lijst